Waarom een bijvriendelijke voortuin zoveel impact heeft
De voortuin wordt vaak gezien als visitekaartje van het huis. Toch is het ook een belangrijke plek voor insecten, vogels en bodemleven. Steeds meer straten veranderen in een zee van grind, tegels en kunstgras. Dat oogt misschien netjes, maar voor bijen en andere bestuivers is het een groene woestijn. Met een paar slimme keuzes kun je een voortuin creëren die bijna geen werk kost én het hele jaar door voedsel en schuilplaatsen biedt.
De basis van een onderhoudsvriendelijke bijentuin
Een bijvriendelijke voortuin begint bij de bodem. Vermijd kunststof worteldoek en kies liever voor een luchtige, levende bodem met compost of bladaarde. Een gezonde bodem zorgt ervoor dat planten sterker zijn en minder verzorging nodig hebben. Bovendien vinden bodembewonende insecten er een thuis.
Kies vervolgens voor vaste planten in plaats van eenjarigen. Vaste planten komen elk jaar terug en vragen na het eerste jaar weinig aandacht. Door dicht te beplanten krijgt onkruid minder kans, waardoor je minder vaak hoeft te wieden. Mulch met houtsnippers of bladeren tussen de planten helpt de bodem vochtig te houden en beperkt eveneens ongewenste groei.
Planten kiezen waar bijen echt iets aan hebben
Niet elke “bijenplant” uit het tuincentrum is daadwerkelijk nuttig. Ga liever voor soorten met eenvoudige, open bloemen waarin stuifmeel en nectar goed bereikbaar zijn. Denk aan kattenkruid, sierui, hemelsleutel, salie en vrouwenmantel. In kleinere voortuinen is het slim om per seizoen enkele toppers te kiezen, zodat er van vroeg in het voorjaar tot laat in de herfst iets bloeit.
Heesters kunnen de ruggegraat van je voortuin vormen en kosten weinig onderhoud. Een vroegbloeiende wilg in struikvorm, lavendel, spirea of een dwergvlinderstruik bieden nectar en structuur. Let bij bomen en struiken op de uiteindelijke hoogte, zodat de voortuin ruimtelijk blijft en buren niet in de schaduw komen te zitten.
Een alternatief voor een betegelde voortuin
Volledig tegels eruit halen is niet altijd nodig om verschil te maken. Leg bijvoorbeeld een smalle, groene strook langs de gevel of langs de stoep aan. Zelfs een rand van zestig centimeter vol bloeiende planten biedt al voedsel en nestgelegenheid voor allerlei wilde bijen. Kies voor bodembedekkers zoals kruiptijm, mansoor of schaduwtolerante soorten als maagdenpalm bij een noordgevel.
Moet je toch parkeerplek of looppaden houden, gebruik dan halfverharding zoals grastegels, split met brede voegen of kiezels met stoeptegels als stapvlakken. Zo kan regenwater wegzakken in de bodem en blijft er ruimte voor wortels en insecten.
Kleine aanpassingen die veel doen voor biodiversiteit
Een bijvriendelijke voortuin hoeft er niet rommelig uit te zien. Laat bijvoorbeeld een klein hoekje met holle stengels in de winter staan in plaats van alles kort te knippen. Wilde bijen gebruiken die stengels als nestplaats. Een eenvoudig houten bijenhotel aan de muur en een ondiepe drinkschaal met stenen maken het plaatje compleet.
Door bewust plantkeuzes te maken en verharding te beperken, verandert je voortuin in een groene oase die weinig tijd kost, maar veel oplevert: voor bijen, voor de buurt en voor het klimaat.
